Furor Teutonicus blog | over | volg | teuto | lyme | archief | doneer | todo
🕰️
  ⬩  
✍️ Evert Mouw
  ⬩  
⏱️ 6 min

Kunstmatig is geweldig

De meeste kleren aan ons lijf zijn gemaakt met moderne technische middelen; het is een kunst om ze te maken. Zonder kunstmatigheid zouden we niet kunnen bestaan en leven zoals we nu doen. Het is voor sommigen een vies woord, dat “kunstmatig”, maar echt natuurlijk leven is leven met je ingewanden vol wormen terwijl de horzels om je heen vliegen en je dood kunt gaan aan simpele infecties. De natuur wil jou dood hebben.

Omdat we onze omgeving zo kunstmatig hebben gemaakt, en daarmee voor onszelf verbeterd hebben, ontkomen we er niet aan dat ook ons gedrag kunstmatiger wordt.

De basispatronen, bouwstenen of mogelijkheden van onze gedragingen liggen genetisch vast, dat is een evolutionaire erfenis, maar hoe die in een cultuur of sociale gemeenschap definitief vorm krijgen is afhankelijk van de omgeving, het toeval en wat mensen er zelf van maken, oftewel dat is lastig te voorspellen. Zo hebben wij schemata in ons hoofd die religieuze beleving mogelijk maken, maar hoe zo’n religie zich ontwikkeld tot sociaal construct inclusief gebruiken, moraliteit, beleving en intensiteit, dat kan alle kanten op gaan. Bij voedselgebrek in een woestijn zullen de oorlogsgoden prominenter zijn dan in een afgeschermde vruchtbare vallei. Over oorlog gesproken, dat is ook een “sociale” activiteit waarvan zowel de basisintensiteit als de bandbreedte genetisch bepaald zijn. De bekende sociobioloog E.O. Wilson schrijft in zijn boek On Human Nature (1978):

I suspect that if hamadryas baboons had nuclear weapons, they would destroy the world in a week. And alongside ants, which conduct assassinations, skirmishes, and pitched battles as routine business, man are all but tranquilized pacifists.

Hoe we met elkaar omgaan is kunstmatig. We bedenken organisatievormen en wetten rond onderwerpen als oorlog, liefde, relaties, werk, en politieke verhoudingen. Hoe we ons kleden, hoeveel afstand we houden, waar we ons voor schamen, wat we wel en niet delen: het is cultureel bepaald. Ja natuurlijk zijn er boven- en ondergrenzen aan wat mogelijk is, maar ons menselijk gedrag is heel flexibel. Als je dat weet, hoeveel controle wil je dan zelf hebben over je “programmering”? En zou je enige invloed, hoe minimaal ook, kunnen hebben op de “regels” van je omgeving? Hoeveel conflict ben je bereid te hebben met je omgeving omdat je echt je eigen keuzes maakt? Zijn er principes die toepasbaar zijn voor zulke bewuste pogingen om onze kunstmatige cultuur te veranderen?

Alles wat wij mensen maken is kunstmatig, denk aan politieke systemen, huizen, fietsen, onze economie, godsdiensten, vliegtuigen, mobieltjes, etc. Veel van die systemen zijn erg complex. Hoe moet je die dan slim ontwerpen? Herbert Simon (1916 – 2001) was een Amerikaanse politicoloog, econoom, psycholoog en informaticus. Voor zijn werk in de kunstmatige intelligentie combineerde hij zijn kennis van de psychologie en computers. Een bekend boekje van zijn hand is The Sciences of the Artificial. Simon gebruikt concepten uit de psychologie en ingenieursprincipes om tips te geven voor goede ontwerpen. Misschien is een belangrijk principe het goed scheiden van functionaliteit: elk onderdeel van een systeem moet een eigen functie of doel hebben, liefst zonder overlap. Ook moet je systemen simpel houden. Elk onderdeel heeft een simpele “interface”, en hoe ’t van binnen werkt moet niet zo belangrijk zijn om ermee te kunnen werken.

Systemen kunnen ook zo gebouwd worden dat concurrentie of onderlinge strijd productief worden. Het is een idee dat veel politicologen koesteren: checks and balances. Het idee is dat je macht moet spreiden over organen en personen die elkaar kunnen beconcurreren, en zo elkaar dus controleren en in balans houden. Denk ook aan het nut van concurrentie in de vrije marktsector, de sport, de kunst, of in organisaties. Het lastige is om de juiste mate van concurrentie of strijd te vinden. Te weinig interne concurrentie? Het systeem wordt statisch en kan zich niet meer aanpassen aan nieuwe omstandigheden – denk aan Sparta! Teveel vrijheid en concurrentie, zeker in samenhang met een gebrek aan gedeelde identiteit? Dan ontbreekt alle samenhang en valt de groep (of het land) uit elkaar.

Er valt nog veel te zeggen over bijvoorbeeld de polariteit en rolverdeling tussen man en vrouw, de machtsafstand in een cultuur, de locus of control, enzovoorts. Maar dan wordt het wat teveel. Laten we terugkeren naar onze eigen kleine wereld. We leven altijd in een omgeving die kunstmatig is, en dus voor een deel ook maakbaar. Maar stop, ho…

Nu de keerzijde. We zijn evolutionair geoptimaliseerd voor een natuurlijke omgeving. Voor een leven zonder kunstlicht, kunstmatige online contacten, auto’s, kleding, gekunstelde sociale gebruiken, moderne voeding, populaire maniertjes, en ga zo maar door. Het kunstmatig optimaliseren van onze omgeving en onszelf is riskant als het leidt tot een te grote afstand van ons evolutionaire optimum. Zelfs ons afweersysteem gaat gekke dingen doen als onze omgeving te kunstmatig wordt (neem bijv. de hygiënehypothese als verklaring voor allergieën en auto-immuun ziekten). Ook riskant is een grote afwijking van je eigen natuur onder invloed van opvattingen van religieuze aard (vaak achterhaald en geforceerd) of juist moderne opvattingen (de “psychologische” rubrieken in trendy magazines).

Nog een keerzijde: het kunstmatig bouwen aan jezelf en je omgeving leidt al snel tot een teveel. De complexiteit neemt toe en onderdelen in je systeem (of in je hoofd) gaan elkaar tegenwerken. Alle inspanning is dan voor niets, want disharmonie is het resultaat. Niet voor niets zien veel natuurreligies, Westerse mysterietradities en ook Oosterse filosofieën veel in het idee van een cyclische creatieve destructie. Iets moet eerst sterven om ruimte te maken voor nieuw leven. De zon reist door de onderwereld om ’s ochtend weer hernieuwd op te kunnen komen. De taak van opruimers, oorlogen, depressies en excentrieke zonderlingen is om de dynamiek in stand te houden.

I knew that there can be in man a dynamic force that bears down opposition by sheer momentum; but this can only be in a man when he is as cruel as the sea and cares nothing for destruction or self-destruction, for the twin poles of this force are courage and cruelty, and there is a nobility about it that the world has forgotten in the cult of love. – Dion Fortune, The Sea Princess, 1935

Daarna kunnen de optimisten en de positieve denkers gaan herbouwen en zich door hun dromen, geloof en fantasie laten leiden, gebalanceerd door de realisten, en traag gevolgd door de grote inerte massa. Mensen die de wereld willen veranderen ontdekken al snel dat de wereld te groot is. De eigen kleine omgeving is de plek waar resultaten geboekt kunnen worden.

Welke omgeving en welke opvattingen zijn voor jou en voor jouw groep optimaal? Hoe hou je het toch zo natuurlijk mogelijk? Hoe kun je daar zelf in participeren? Wil je er wel energie in stoppen? Denk je daarvan te kunnen leren? Voor iedereen zullen de antwoorden anders zijn. Wat wordt jouw rol daarin?

En anders kun je nog altijd met Lego gaan spelen 😉

![Lego Chicago City View 2001, by Otto, Wikimedia Commons

Reacties

✉ Ward op 2015-10-08

Ik heb die kunstmatige grens altijd al vreemd gevonden. In mijn ogen is alles natuurlijk. Zoals vogeltjes nestjes bouwen en konijntjes een hol, zo bouwen mensen steden en luchtvervuiling. Is hun natuurlijke gedrag.


Deze blogpost werd in december 2022 overgezet van WordPress naar een methode gebaseerd op Markdown; het is mogelijk dat hierbij fouten of wijzigingen zijn ontstaan t.o.v. de originele blogpost.